De filosofie van tijd
De natuurkunde levert vaak tegen-intuïtieve beschrijvingen van onze alledaagse ervaringen. Dat geldt ook in het geval van tijd. Victor Gijsbers zal ingaan op twee natuurkundig-filosofische terreinen waarop tijd een belangrijke rol speelt. Ten eerste is er de asymmetrie van tijd. Dat betekent dat alles maar één kant op kan bewegen. We kunnen nu eenmaal niet teruggaan in de tijd, alleen vooruit. Hoe zit dat precies? Daarnaast zal Gijsbers ingaan op de moeilijkheid die ontstaat als je op een natuurkundige manier de psychologische beleving van tijd wilt benaderen. Voor natuurkundigen is die beleving helemaal niet relevant, het onderscheid in heden, verleden en toekomst doet er niet toe. Wat zegt dat over beide - wetenschap en ervaring?