Science Café Utrecht
80% van de mensen maakt in hun leven een traumatische ervaring mee, een heftige gebeurtenis die gaat over leven of dood. Vaak reageert je lichaam direct: het schiet in de stress, je bent continu alert en blijft voor je zien wat er is gebeurd. Die reactie is normaal, vertelt klinisch psycholoog dr. Iva Bicanic (UMC Utrecht), bij de meeste mensen gaat dit na een tijd vanzelf weer over. De herinneringen vervagen en de gebeurtenis verdwijnt naar de achtergrond. Maar bij sommigen nemen de klachten niet af en ontstaat een posttraumatische stressstoornis. Waarom blijft de een blijvende klachten houden en de ander niet? Wat doet trauma in je lichaam? En welke rol speelt culturele achtergrond in de beleving van trauma? In het Science Café trauma gingen we in gesprek met drie trauma-experts.
Een steunende omgeving is onmisbaar
Bicanic onderzoekt de gevolgen van seksueel geweld, dat bij 50% van de slachtoffers voor een posttraumatische stressstoornis zorgt. “Seksueel trauma wordt als bijzonder riskant beschouwd vanwege de diepgaande schade die het kan veroorzaken aan iemands zelfbeeld en vertrouwen in anderen”, aldus Bicanic. Het seksueel misbruik kan leiden tot gevoelens van zelfhaat, vooral als het misbruik plaatsvond als het slachtoffer kind was, zo vertelt Bicanic. “Het is belangrijk dat slachtoffers van seksueel misbruik begrijpen dat zij niet de schuld dragen en herstel mogelijk is.” Haar onderzoek laat zien wat het belang is van steun uit de omgeving om een trauma te verwerken. Juist bij seksueel trauma blijkt dat ontzettend ingewikkeld. Het komt vaak voor dat slachtoffers het als een geheim meedragen en het moeite hebben met vinden van steun en erkenning, terwijl we uit onderzoek weten dat juist het praten over trauma belangrijk is voor de verwerking.
Je lichaam past zich aan na trauma
Het is een van de meestgestelde vragen over trauma: kan een nare gebeurtenis zich nestelen in je lichaam? Psychiater en genetisch onderzoeker dr. Marco Boks (UMC Utrecht) onderzoekt het effect van trauma in je lichaam op DNA-niveau. Zo bleken er bij militairen die op missie waren geweest en daar heftige dingen hadden meegemaakt, veranderingen in de werking van het DNA te zien. Boks: “We zagen dat eerst als littekens, maar inmiddels weten dat het nuttige aanpassingen zijn vanuit onze biologie: het bleek juist dat militairen die niet deze aanpassingen hadden PTSS ontwikkelden.” Epigenetische veranderingen stelden de miltairen in staat om beter om te gaan met stress. Vervolgonderzoek liet zien dat psychotherapie voor het verwerken van een trauma ook lichamelijk effect heeft: na behandeling bleken de genen zich te herstellen tot hun oude staat. Boks: “Het inzicht dat trauma zich nestelt in je lichaam past ook goed bij wat we in de klinische praktijk zien. Veel van de klachten van trauma uiten zich lichamelijk: stress, slecht slapen. De ambitie is om die wetenschap ook te gebruiken om therapieën te verbeteren, zo is er steeds meer aandacht voor lichaamsgerichte therapie.”
Rekening houden met cultuur begint bij het individu
Zorgen dat iedereen goede zorg krijgt, dat is het doel van psychotherapeut en onderzoeker dr. Jeroen Knipscheer (UU), specialist op het gebied van de interculturele aspecten van trauma. Die onderzoeksinteresse begon zo’n 30 jaar geleden bij de Bijlmerramp, toen het zorgstelsel ineens overspoeld raakte met zorgaanvragen van mensen met uiteenlopende achtergronden. “Ik merkte dat de psychologische ondersteuning niet altijd aansloot bij de beleving van mensen zelf, vooral degenen met een migratieachtergrond.” Nog steeds weet die groep minder goed de weg naar zorg te vinden en stoppen ze vaker vroegtijdig met de behandeling. Het laat het belang zien van cultuursensitieve zorg.
Anders dan je misschien zou denken heeft Knipscheer geen lijstjes paraat met verschillende culturele visies op trauma. “Je kunt niet zeggen: iemand komt uit uit Syrië ziet trauma daarom vast zo. De eerste fout die je kunt maken is dat je denkt dat je weet hoe het zit omdat iemand een bepaalde culturele achtergrond heeft,” zegt Knipscheer. “Je hebt altijd een individu voor je, waarbij cultuur een aspect is van zijn identiteit, maar er zijn nog zoveel andere factoren die maken wie jij bent.” Rekening houden met cultuur betekent dus vooral: rekening houden met het individu en hoe diegene trauma beleeft. Pas als er een gedeeld referentiekader is kan een behandeling beginnen. Als we de unieke context en perspectieven van elke patiënt waarderen, is effectievere en meer empathische zorg mogelijk.
Herstel van trauma begint met erover praten. Gelukkig weten we steeds meer over trauma en PTSS, waardoor de kans groter is dat mensen kunnen rekenen op begrip uit hun omgeving. Meer weten? Kijk de hele opname terug en hoor meer over o.a. trauma als achterliggend probleem bij psychische klachten en het doorgeven van trauma.
Iva Bicanic maakte naar aanleiding van de avond een leeslijst met boeken die een goed beeld geven van de dynamiek en complexiteit van seksueel trauma.