Moderne zonden
We staan er mee op en gaan ermee naar bed. Slechts 40% van de mensen zet hun telefoon wel eens uit. De rest is continu bereikbaar. En dat kost tijd. Gemiddeld brengen we twee uur per dag door met het reageren op berichtjes, door tijdlijnen scrollen of ander social media-gebruik. Hoewel veel mensen zelf aangeven daarin te willen minderen, krijgen we dit moeilijk voor elkaar. Waarom niet? De wetenschap tast deels in het duister. Over de (negatieve) effecten van continu bereikbaar zijn wordt steeds meer bekend, maar we weten we nog weinig over wáárom onze smartphone zo lonkt. Arbeids- en organisatiepsycholoog prof. dr. Toon Taris (UU): “In de media hoor je vaak dat elk oppoppend berichtje ons een ‘dopamineshot’ geeft. Daar is echter geen enkel wetenschappelijk bewijs voor te vinden.” Waarom voelt het zo slecht om onbereikbaar te zijn? Taris geeft drie mogelijke verklaringen.
1. Groepsdruk
Hoewel er dus weinig onderzoek is gedaan naar onbereikbaarheid en waarom dit zo moeilijk is, kunnen we wel leren van psychologisch onderzoek op andere gebieden. Bijvoorbeeld het onderzoek naar groepsdruk. Taris: “Elke nieuwe technologische mogelijkheid of gedragsoptie die breed wordt geaccepteerd zorgt ervoor dat verwachtingen ten aanzien van het gebruik ervan veranderen.” Dat is deels uit praktische overwegingen: het is handig als iedereen bereikbaar is, wie hier niet in meegaat is een spelbreker. Daarnaast speelt moraliteit vaak een rol bij groepsdruk. Het voelt vervelend wanneer iemand iets afwijst wat jij zelf wel doet. Om zelfbevestiging te vinden zal je daardoor geneigd zijn die ander te overtuigen. Dit is bijvoorbeeld onderzocht bij vegetariërs en vleeseters. Wanneer die bij elkaar werden gezet met de opdracht om te praten over voedsel, zag je dat de vleeseters al snel de vegetariërs probeerden te overtuigen om ook vlees te eten. Taris: “Dit zelfde principe zou kunnen gelden voor telefoongebruikers.”
2. Voor wat hoort wat
Een tweede verklaring is volgens Taris het belang van wederkerigheid in persoonlijke relaties. Jij investeert in de ander en diegene verwacht hetzelfde van jou. Taris: "We voelen ons schuldig als we niet snel op een bericht reageren omdat we bang zijn de relatie te beschadigen." Als die ander immers constant investeert (door jou informatie te geven) en weinig terugkrijgt, is de kans groot dat diegene uiteindelijk ook zal stoppen snel op jou te reageren. Dat willen we niet! De vraag is: vinden we het het waard dat deze investering ons twee uur per dag kost?
"Niks willen missen zorgt voor stress en hyperwaakzaamheid."
3. FoMo
Een derde verklaring is de Fear of Missing Out. De sterke vrees dat vrienden en kennissen mogelijk allerlei belonende ervaringen hebben die jij mist. Een kenmerk van FoMo is de wens om voortdurend verbonden te blijven met wat anderen doen. In tegenstelling tot de twee eerdere verklaringen is hier veel onderzoek naar gedaan. Psychologen verklaren FoMo vanuit de menselijke behoefte aan sociale relaties en informatie. De mogelijkheden daarvoor zijn oneindig tegenwoordig. Dat werkt verslavend. Taris: “Niks willen missen zorgt voor stress en hyperwaakzaamheid. Het checken van je berichten zorgt dan voor een prettig gevoel: je stress neemt af. Je zal hierdoor steeds de behoefte hebben dit te blijven doen.”
Onbereikbaar zijn is een moderne zonde, daarom zijn we het liefst altijd online. Maar er lijkt ook een tegenbeweging gaande. Steeds meer mensen gaan opzoek naar een digitale detox. Bijvoorbeeld in luxe vakantieresorts die zichzelf aanprijzen met een telefoonverbod en het ontbreken van wifi, of op stilte-retraite, waar je je voor even helemaal afsluit. Hoe meer we doorkrijgen dat continu bereikbaar zijn ook zondig is, hoe makkelijker het misschien wel wordt om niet alleen op vakantie maar ook in je gewone leven wat vaker de uitknop te zoeken.