Moderne zonden
Ze zijn er in vele vormen: chronische uitstellers. Iedereen kent de voorbeelden. De afwas laten staan want de bank en een serie zijn toch verleidelijker. Wachten tot vlak voor de deadline om dat stuk te schrijven. Eerst het bureau en de rest van het huis blinkend schoon poetsen voordat de belastingaangifte kan worden gedaan. Is dit gedrag typisch voor onze tijd? Nee natuurlijk niet, uitstelgedrag is van alle tijden. Maar hoe we het gedrag tegenwoordig beoordelen is niet los te zien van onze tijd, analyseert filosoof dr. Joel Anderson (UU) in de eerste lezing van de serie Moderne Zonden. We zijn steeds meer verantwoordelijk geworden voor onze eigen tijdsindeling en keuzes. Maar kunnen we wel met die verantwoordelijkheid omgaan?
Schuldig en ongerechtvaardigd
Waar hebben we het nou over als we spreken over uitstelgedrag? Als ik besluit morgen het gras te maaien omdat het vandaag regent, dan ben ik aan het uitstellen. Maar het is niet het problematische gedrag dat we associëren met uitstelgedrag. Anderson stelt daarom voor om te spreken over ‘schuldig en ongerechtvaardigd uitstel’. Deze definitie omvat het idee dat er sprake was van een intentie (we waren iets van plan), dat het uitstellen van die intentie negatieve gevolgen heeft (ongerechtvaardigd is) en dat we zelf heel goed weten wat we aan het doen zijn (er ons schuldig over voelen). Pas als deze drie factoren samenvallen is er echt sprake van uitstelgedrag. Dus het gras morgen maaien omdat het vandaag regent is de plannen aanpassen, geen uitstelgedrag. Mezelf elke dag voornemen het gras te maaien om vervolgens schuldbewust te zien hoe de tuin verwilderd is wél uitstelgedrag. Pas op de laatste avond beginnen met studeren voor een tentamen omdat je gelooft dat dat het beste werkt is dus géén uitstelgedrag, want het ontbreekt dan aan schuldgevoel. Overigens weten we ondertussen dat werken onder stress door deadlines niet positief uitpakt voor tentamencijfers en creativiteit.
Denk aan jezelf
Anderson maakt een interessante observering door te stellen dat uitstelgedrag getuigt van een gebrek aan empathie voor je toekomstig zelf. Als je om die persoon geeft, waarom zadel je diegene dan op met een probleem dat je nu kan voorkomen? Uit onderzoek weten we dat mensen het moeilijk vinden om de toekomstige gevolgen van onze acties nu in te schatten. Denk bijvoorbeeld aan het regelen van je pensioen als je aan het begin van je werkende leven staat. Niet het eerste op je to-do lijstje. Een duidelijker beeld hebben van je toekomstige ik, het letterlijk visualiseren, kan helpen om meer empathie op te brengen en andere keuzes te maken. Net zoals het opbreken van langetermijndoelen in behapbare stukjes ook een effectieve strategie is om uitstelgedrag te verminderen. Vraag je de volgende keer dat je jezelf betrapt op uitstelgedrag af: maak ik mijn toekomstige ik hier blij mee?
Waar is de vergiffenis?
We kunnen uitstelgedrag zien als een persoonlijk probleem. Het is iets wat jij doet, waar jij last van hebt. Dat is een gedachte die past in onze geïndividualiseerde maatschappij waarin we meer vrijheid hebben en zelf meer verantwoordelijk dragen voor ons leven. Maar vragen we niet te veel van het individu? Vroeger was er geen andere mogelijkheid dan werken tussen negen en vijf, als je het werk niet afkreeg dan deed je het morgen. Nu krijgen we een laptop van de baas, mogen we onze tijd zelf indelen en zorgen we maar dat het werk gedaan is voor de deadline. Wellicht kunnen we milder zijn naar de uitsteller, meer empathisch. Zo gezien is uitstelgedrag niet alleen een persoonlijk probleem, maar een vraagstuk over hoe verantwoordelijk we willen dat we zijn. En als we dan toch zondigen, dan is het fijn als we vergiffenis bij anderen kunnen vinden.