De discussie over vreemdelingen en vluchtelingen is een van de speerpunten in de aankomende verkiezingen. Het debat is verhard. Er wordt steeds minder gesproken over opvang in ons land en juist meer over het bewaken van de buitengrenzen. Vluchtelingen zouden een gevaar zijn, voor onze cultuur en onze economie. Hoe komt zo'n beeld tot stand? En in hoeverre strookt het met de realiteit?
In samenwerking met het UAF, de stichting voor vluchtelingenstudenten, ontwikkelde fotograaf Ahmet Polat de reizende tentoonstelling 'Weer toekomst'. Met de foto's gaat hij lijnrecht in tegen de negatieve berichtgeving. Tijdens de officiële opening spraken we met hem, voormalig vluchteling Ekaterina Levental, en mensenrechtenexperts prof. dr. Antoine Buyse en dr. Maarten den Heijer over de noodzaak van de verbeelding.
De zachte kracht van fotografie
"Het begon met de taal," stelt Polat. Toen hij in Istanbul woonde en werkte viel het hem op welke woorden in Nederland werden gebruikt om het groeiende aantal mensen dat via land of zee Europa binnen probeerden te komen, te beschrijven. Media en politici spraken over een 'tsunami', 'ramp' of 'crisis', en al snel volgden de beelden die dit dominante denken bevestigden: van vluchtelingen samengeperst op krappe bootjes, of kruipend onder het prikkeldraad aan de Hongaarse grens. De menselijkheid in deze foto's is ver te zoeken - ze benadrukken vooral hoe vreemd en hulpeloos de vluchtelingen zijn.
Eenmaal aangekomen in Nederland is het lastig om dit juk van zich af te schudden. Polat: "Vluchteling zijn is een momentopname - je gaat verder, maar de beelden blijven hangen." Voor de fototentoonstelling koos Polat er daarom voor een meer genuanceerd beeld te laten zien. Het zijn ogenschijnlijk 'normale' foto's: van een vluchteling die op de bank in slaap valt, Koninginnedag viert, of een stukje fietst. Door vluchtelingen in een alledaagse context te fotograferen, in plaats van de gebruikelijke context van hekken en boten, toont Polat ons dat ze in wezen niet zo anders zijn dan wij. Het zijn mensen zoals jij en ik, die er ondanks hun moeilijke geschiedenis alles aan doen om een nieuw, humaan bestaan op te bouwen.
Harpiste Ekaterina Levental, door Polat voor de tentoonstelling gefotografeerd, erkent hoe belangrijk het is om haar verhaal te blijven delen. Ze vluchtte in 1993 met haar familie uit Oezbekistan vanwege het opkomende antisemitisme. Haar jeugd was op slag voorbij toen ze op 16-jarige leeftijd in Nederland aankwam en als enige die een beetje Engels sprak, verantwoordelijk werd voor de toekomst van haar gezin. Per toeval, en met een beetje geluk, kon ze later auditie doen voor het conservatorium in Enschede. Het UAF gaf haar financiële ondersteuning en zorgde ervoor dat ze zich op een gegeven moment geen vluchteling meer hoefde te voelen. Op de foto's zien we haar thuis en op wat tegenwoordig haar natuurlijke plek is: het podium.
Polat maakt zich geen illusies dat hij met de foto's op korte termijn grote maatschappelijke veranderingen teweeg kan brengen. Maar kijkers aan het denken zetten, door het geven van context, daarin schuilt de zachte kracht van de fotografie. "Beelden hebben misschien minder impact dan vroeger, maar ze doen er zeker toe," aldus Polat.
Mensenrechten en de verbeelding
De mogelijkheid om ons te verplaatsen in de ander is volgens prof. dr. Antoine Buyse (Mensenrechten, UU) het fundament van het mensenrechtensysteem. Onze verbeelding is daarbij van essentieel belang. Maar dat maakt het ook meteen een heel kwetsbaar systeem, stelt Buyse: "Als we ons niet telkens blijven verplaatsen in de ander, is het snel afgelopen met de mensenrechten." Trumps immigration ban (die later door een rechter ongeldig werd verklaard) is daar een goed voorbeeld van. Hoe negatiever het beeld van vreemdelingen en vluchtelingen in een land, hoe eerder hun mensenrechten worden verwaarloosd.
Hoewel de toon tegen vluchtelingen in de Nederlandse media en politiek in afgelopen jaren negatiever is geworden, en er minder aandacht is voor opvang, denkt Buyse niet dat dit per se door een meerderheid van de bevolking gedragen wordt. Je ziet steeds vaker dat er lokale initiatieven ontstaan. "Steden, zoals shelter city Utrecht, zijn belangrijke spelers geworden. Ze verzetten zich regelmatig tegen het nationale opvangbeleid." Ook het UAF levert een belangrijke bijdrage aan het begeleiden van vluchtelingen in Nederland. De stichting heeft het afgelopen jaar in totaal zo'n 3000 vluchtelingen geholpen.
Dr. Maarten den Heijer (Internationaal Recht, UvA), lid van de Raad van Toezicht van het UAF, doet onderzoek op het gebied van vluchtelingenrecht. Dat er op lokaal niveau mooie maatschappelijke initiatieven zijn, neemt niet weg dat Europa beter moet samenwerken om haar eigen doelstellingen na te komen. Den Heijer: "Waarom is de opvang in Griekenland bijvoorbeeld nog niet op orde?" Wat deze avond laat zien is dat 'vluchtelingencrisis' de huidige situatie niet goed typeert. Hebben we hier te maken met een crisis van de verbeelding?
De tentoonstelling 'Weer toekomst' is nog t/m 26 februari gratis te bezichtigen in Utrecht , Janskerkhof 3. Voor meer info zie: http://www.uaf.nl/weertoekomst.