Een onheilspellend experiment

De mens veroorzaakt de eigen ondergang
Leestijd 3 minuten — Do 3 april 2014
Klimaatverandering

β€œDe mensheid voert een onbedoeld en ongecontroleerd experiment uit, waarvan de uiteindelijke gevolgen alleen vergelijkbaar zullen zijn met een wereldwijde nucleaire oorlog.” Deze klare taal werd gesproken op de Conferentie voor Klimaatverandering in Toronto, 1988. Sindsdien is de kwestie van het klimaat steeds meer toegenomen in urgentie. Maar de aanpak van het probleem lijkt er niet makkelijker op te worden. De klimaatonderhandelingen in Kopenhagen van 2009 liepen op een teleurstelling uit. Afgelopen maandag (31 maart) verscheen het laatste rapport van het klimaatpanel IPCC die concluderen dat we de klimaatverandering nu toch echt op alle fronten beginnen te merken.

Overkoepelend perspectief

De mens is dan ook architect van de eigen ondergang. Dat stelt filosoof prof. dr. Herman Philipse in de eerste lezing van de reeks Klimaatverandering. Maar wat heeft een wijsgeer aan het debat over dit onderwerp eigenlijk toe te voegen? Weten astronomen, chemici, fysici, meteorologen, geografen, economen, sociologen niet meer over de kwestie van het klimaat? Philipse legt uit dat elk van deze onderzoeksgebieden essentieel is voor de studie van het vraagstuk. Maar als ieder slechts over het eigen vakgebied praat, is er geen enkel overzicht. Als filosoof beschouwt Philipse het probleem vanuit de ethiek. Zo probeert hij als het ware een overkoepelend verslag te geven. De klimaatproblematiek is zo onheilspellend, dat mensen geneigd zijn zich te terug te trekken naar een vals bewustzijn. Ze worden verleid te vluchten in een 'foptimisme'. Ze stellen dat het eigenlijk allemaal wel meevalt, met die opwarming. Ook de media spelen een rol bij het inkaderen van het klimaatprobleem. Zo verscheen er onlangs een artikel in de Britse krant The Independent, waarin de BBC ervan werd beschuldigd de kwestie oneerlijk te verslaan. Ze geven lobbyisten die ontkennen dat de mens de oorzaak is van de opwarming van de aarde even veel ruimte hun verhaal te doen als gerespecteerde wetenschappers die stellen dat er daadwerkelijk een groot probleem is. Deze lobbyisten beweren dat het klimaatprobleem een modeverschijnsel is. Ondanks dat 97% van de klimaatwetenschappers het er over eens is dat de mens wel degelijk een grote invloed heeft op klimaatverandering.

Een lange aanloop

Philipse maakt een uitstap naar de wetenschapsgeschiedenis om te laten zien dat onderzoek naar het klimaat heus geen recente ontwikkeling is. Zo schreef de Vlaming Jan Baptista van Helmont al in 1624 over het zogenaamde 'sylvestergas', de stof die wij nu kennen als CO2. Van Helmont formuleerde zelfs als eerste het idee van gas. De Zweed Svante Arrhenius geldt sinds 1896 als de ontwerper van de klimaatgevoeligheid. Hij onderzocht namelijk tot welke hoogte de aarde zou opwarmen door het vrijkomen van broeikasgas. Hij kwam hierbij uit op 4 tot 6 graden, geen verkeerde schatting. Tegenwoordig gaat men namelijk uit van een minimale stijging van anderhalve graad, tot tien graden in het meest extreme scenario's. De decennia daarna verdween klimaatstudie niet meer uit beeld. Sinds 1950 vindt er zelfs elke vier jaar een verdubbeling plaats van het aantal papers over het klimaatvraagstuk. Het aantal ligt nu op 10.000 papers per jaar. Met deze voorbeelden laat Philipse zien dat klimaatstudie geen onbeduidend onderzoek is, maar een immense wetenschappelijke onderneming met een lange aanloop.

Onzekerheid

Wat het klimaatprobleem zo lastig maakt, is dat het verschillende graden van zekerheid kent. Philipse probeert deze gradaties inzichtelijk te maken. Hij doet dat door een keten van oorzaak en gevolg op te delen in kleinere stapjes. Zo is het redelijk zeker dat de mensheid broeikasgassen produceert. Dat valt goed aan te tonen door onderzoek. Het is ook relatief zeker dat deze gassen worden opgenomen in het klimaatsysteem. Bij de vraag over de hierop volgende opwarming van de aarde wordt het al weer wat ingewikkelder. De effecten op het aardse klimaat zijn ook lastig te peilen, omdat er zo ontzettend veel factoren meewegen in het mondiale systeem. De gevolgen van klimaatverandering voor onze leefomgeving, tot slot, zijn het meest onzeker. Het is ontzettend lastig te voorspellen water precies waargaat gebeuren. Door deze onzekerheid zijn mensen geneigd om het klimaatprobleem af te doen als een luchtkasteel. Dat terwijl onzekerheid niet gelijkstaat aan onwaarheid. Volgens Philipse mag een gebrek aan zekerheid over het klimaatprobleem geen reden zijn om de boel te laten voor wat het is.

Kijk de lezing van prof. dr. mr. Herman Philipse terug onder Een historisch overzicht van het klimaatprobleem. Volgende week woensdag zal Philipse in de serie Klimaatverandering een psychologische, economische en politiek-filosofische analyse schetsen.