Van afgod naar afgod

We kunnen niet zonder 'afgoden'
Leestijd 3 minuten — Di 4 maart 2014
10 geboden revisited

Mensen jagen vaak de verkeerde dingen na. Willen we geluk, dan gaan we achter geld, aanzien of roem aan. Willen we liefde, dan gaan we achter uiterlijk aan. Hebben we honger, dan zoeken we een bord om leeg te schranzen. Dit leidt zelden tot tevredenheid. Volgens Spinoza zijn de meeste van ons slaven van illusies. We richten onze energie op de verkeerde zaken. Maar bevrijding is mogelijk. Gelukkig maar.

Het tweede gebod 'Gij zult geen afgodsbeelden maken' moet verhinderen dat we de verkeerde dingen als zaligmakend gaan zien. Ook nu nog lijkt dit geen overbodige oproep. De vraag is of we ons kunnen ontworstelen aan oppervlakkige verleidingen en beelden, de afgoden van deze tijd. Prof. Maarten van Buuren (Moderne Letterkunde, UU) onderzocht deze vraag in de serie 10 geboden revisited aan de hand van Spinoza, neomarxisten en zijn opa. We moeten nadenken over de beelden die ons vormen, maar eraan ontkomen zal niet lukken.

Bedrieglijke beelden

Het gebod geen afgoden te maken, was waarschijnlijk bedoeld om eenheid te creëren onder het volk van Israël. Na de verbanning uit Egypte, moesten alle neuzen dezelfde kant op. Ook Spinoza ging tegen afgoden in, maar opvallend genoeg ging hij in tegen de afgoden in de bijbel zelf. Er wordt daarin vaak over God gesproken als hij zich in menselijke gedaante voordoet aan verschillende profeten. Volgens Spinoza zijn dit producten van wat hij de 'imaginatio' noemt, de verbeelding. Maar dit zijn waanbeelden, want de eigenlijke God is de natuur, de rede en zit in ons.

Wat tot ons komt via de zintuigen, zoals de godsvoorstellingen van de profeten, is bedrieglijk. De 'imaginatio' heeft namelijk twee zwakke punten. Ten eerste is alles wat wij waarnemen eigenlijk niet te vertrouwen: hoe vaak halen we niet dingen door elkaar? Ten tweede leveren onze zintuigen vaak ronduit valse informatie. Een voorbeeld hiervan is de zonsopgang en –ondergang. We zien de zon 'opkomen' terwijl wij eigenlijk degene zijn die draaien. Volgens Spinoza kunnen we ons bevrijden van deze illusies door een 'sprong' te maken naar het tweede niveau van kennis. Dit is het niveau van het verstand, de rede. Hiermee kunnen we ons ook ontdoen van afgoden en ons richten op de juiste zaken.

Marx

Van Buuren laat zien hoe de ideeën van Spinoza hun sporen nalieten. De neomarxisten combineerden Spinoza met de ideeën van Marx en zagen allerlei staatsapparaten als voorstellingen om de bestaande machtsverhoudingen in stand te houden. De kerk, het onderwijs, de zorg… Het zijn allemaal instanties die die het bestaande waanbeeld in stand houden en voorkomen dat we de werkelijkheid zien. Net zoals Spinoza wilden de neomarxisten deze waanvoorstellingen doorbreken met het verstand. Dit betekende dat het aan de wetenschap was om de realiteit bloot te leggen. Het marxisme heeft zijn tijd gehad, maar ook nu nog worden we op collectief en persoonlijk niveau gevormd door de beelden om ons heen.

Uitverkoren

Een persoonlijk verhaal van Van Buuren illustreert dit. Als oudste van vijf kinderen genoot hij een speciale behandeling. Op zondag mocht hij als enige kleinkind in de kerk naast opa Maarten van Buuren zitten. Hij werd aan anderen met trots voorgesteld als 'dé stamhouder' van de Van Buurens. Op school was de kleine Van Buuren de sterkste en slimste, maar dat vond hij niet meer dan normaal. Dat hoorde nou eenmaal bij zijn takenpakket en verantwoordelijkheid als eerstgeborene, als troonopvolger. Dit beeld dat Van Buuren meekreeg, gaf hem zijn hele leven de kracht te excelleren in wat hij deed en aan te pakken wat hij kon.

Tot zijn vijftigste. Toen raakte hij in een zware depressie. Alles was hem teveel. Het beeld dat hem zoveel kracht had gegeven, liet zijn keerzijde zien. Het was hem teveel geworden. Van Buuren deed wat Spinoza aanraadt. Hij probeerde met zijn verstand vat te krijgen op wat er mis was gegaan. Met zijn verstand moest hij het beeld dat hij van jongs af aan meekreeg heroverwegen, verschuiven en zich ervan bevrijden.

Zonder beeld geen identiteit

Het verhaal van Van Buuren, maar ook van Spinoza en de neomarxisten toont dat beelden ons vormen, op persoonlijk en maatschappelijk niveau. Ze verschaffen ons identiteit en geven ons een plaats in de wereld. Je kan er kracht aan ontlenen, maar het kan ook verstarren. Het gebod 'gij zult geen afgoden maken' is volgens Van Buuren irreëel. We kunnen niet zonder beelden die ons vormen, want dan hebben we geen identiteit.

Bekijk de lezing Beeldverbod. Maandag 17 maart spreekt prof. Hans Achterhuis over het vierde gebod 'Gedenk de sabbat'. Wordt het tijd dat we rustiger aan gaan doen?