De rellen rondom de Deense Mohammedcartoons, de aanslag op Charlie Hebdo, en de ophef over een racistische grap van Gordon tijdens Holland's Got Talent: het laat zien dat wat de een om te lachen vindt, voor een ander kwetsend kan zijn. Maar hoewel humor de verhoudingen tussen verschillende groepen op scherp kan zetten, kan het juist ook verbinden, aldus dr. Katell Lavéant (Franse literatuur, UU) tijdens het Culturele Zondagen College over humor en parodie, vroeger en nu. Essentieel daarbij is wel hoe je humor gebruikt. Kenmerkend voor satire is dat de grap is bedoeld om iemand of iets te bekritiseren. Dat kan leiden tot botsingen. Bij een parodie gaat het juist om dingen waarom je samen kunt lachen. Hoe zorgt humor ervoor dat we ons verbonden voelen?
Parodie vroeger en nu
Grappige plaatjes en filmpjes bereiken ons dagelijks via internet en social media. Lavéant: “Tegenwoordig lachen we vooral virtueel samen, we sturen een grappig filmpje door naar vrienden via internet of social media. Vroeger kwamen mensen meer samen op straat, om tijdens feesten en festivals de draak te steken met de heersende orde.” De vorm van de grappen is dan misschien veranderd, de inhoud niet: ook toen werd er gelachen om de relatie tussen man en vrouw, alcohol, seks en dronkenschap. Een voorbeeld van zo'n parodie uit de Middeleeuwen is het verhaal van Beranger Langekont, een luie boer die ridder wil worden, maar niet durft te vechten. Zijn vrouw heeft er op een dag genoeg van. Ze verkleedt zichzelf als ridder en daagt hem uit tot een duel. Hij durft niet. Als straf is zij in het vervolg de baas in huis. Een parodie herschrijft een herkenbare situatie. Het plezier van de parodie zit hem in de herkenning, vertelt Lavéant, je lacht omdat jij door hebt hoe het werkelijk zit. Want een laffe boer die ridder wordt, dat kon natuurlijk niet.
Samen lachen
Waarom bespotten we het serieuze zo graag? Lavéant benadrukt de sociale rol van parodie. Samen lachen brengt mensen samen en kan het gevoel van een gezamenlijke identiteit creëren. In de Middeleeuwen zag men het belang van parodie: stadsbesturen gaven graag geld uit aan komische gezelschappen om mensen op straat te krijgen en verschillende groepen samen te laten feestvieren. Maar de grens tussen zachte parodie en harde satire is dun. Zeker als het gaat over godsdienst liggen grappen vaak gevoelig. Dat is tijdsbepaald, zegt Lavéant. Vroeger was de priester volop onderwerp van grappen en parodie. Maar sinds de Reformatie, waarin de Protestanten die grappen satirisch gebruikten om het Katholieke geloof te bekritiseren, wordt er weinig meer gelachen.
Humor kan mensen het gevoel geven dat ze bij elkaar horen. Maar als maatschappelijke verhoudingen al gespannen zijn, kunnen satirische grappen ze nog verder op scherpzetten. Om de verbindende kracht van humor te gebruiken, moet een grap verwijzen naar iets dat iedereen herkent. Die grens is dun: “Zodra iemand zegt: dit is geen parodie, ik word bespot, dan gaat het knellen,” zegt Lavéant.
Meer weten? We hebben ook een kort video-interview met dr. Katell Lavéant online!