Een nieuwe oplossing voor kansenongelijkheid in het onderwijs?

Dit jaar maken achtstegroepers voor het eerst de doorstroomtoets in plaats van de centrale eindtoets. Het doel: kansenongelijkheid bestrijden, zodat elke leerling naar de middelbare school gaat die bij zijn of haar niveau past. Is de doorstroomtoets daar een geschikte oplossing voor?
Leestijd 1 minuut — Di 30 januari 2024
Kansrijk?

De komende drie weken maken de leerlingen van groep 8 voor het eerst de doorstroomtoets. Vóór de toets geeft de leraar een schooladvies en meteen na de uitslag van de toets kunnen leerlingen zich inschrijven voor de middelbare school. Nieuw is dat scholen het advies moeten bijstellen als de toets een ander resultaat oplevert. Dit was voorheen niet verplicht. "De doorstroomtoets is belangrijker voor kinderen uit kansarme gezinnen dan uit kansrijke", zegt hoogleraar sociologie Thijs Bol. Ze presteren vaak beter op de toets dan de docent inschat bij het schooladvies. In het oude systeem zaten er enkele maanden tussen het advies en de eindtoets, wat leidde tot kansenongelijkheid. Het switchen van school was bijvoorbeeld niet meer mogelijk omdat de voorkeursscholen al vol zaten. Ook konden rijkere ouders hun kind naar dure bijlessen sturen in de maanden tussen het advies van de docent en de eindtoets.

De PO-Raad (de sectorvereniging voor het primair onderwijs) en de Onderwijsraad willen kansenongelijkheid nog effectiever tegen gaan. Zij pleiten voor een brede brugklas van drie jaar voordat er wordt geselecteerd. Vroegtijdige selectie kan namelijk negatieve gevolgen hebben voor bepaalde groepen leerlingen, zoals vroege leerlingen, kinderen met migratieachtergrond of uit minder gunstige sociaaleconomische omgevingen.

Het belang van een latere selectie van schoolniveaus wordt ook benadrukt door socioloog dr. Antonie Knigge (UU) tijdens een avond over gelijke kansen in het onderwijs. Zijn onderzoek toont aan dat bij latere selectie genen meer invloed hebben en omgevingsfactoren minder, waardoor kinderen meer tijd hebben om zich te ontwikkelen. Naast landelijke onderwijshervormingen kunnen scholen en docenten ook een rol spelen, zegt onderwijskundige prof. Eddie Denessen (RU) op dezelfde avond. Zo wijst hij op het probleem van te lage schooladviezen voor leerlingen uit lagere sociale klassen of met migratieachtergrond: “Zie een hoger advies als een uitdaging! En probeer als docent niet steeds de leerling te beperken uit angst voor falen.”

Meer weten over de oplossingen voor kansenongelijkheid in het onderwijs? Kijk de opname hier terug.