Dát is nou evolutie!
Het zal de meesten van jullie niet zijn ontgaan: de vernietiging van biodiversiteit en dus van ecosystemen is de laatste jaren enorm toegenomen. Dat dat slecht nieuws is mag ook geen verrassing heten. Waardoor gaat biodiversiteit verloren en waarom is dat zo desastreus? Wat is biodiversiteit precies? En redt het ons in een veranderend klimaat? In de reeks ‘Dát is nou evolutie!’ leggen we deze vragen voor aan bioloog prof. dr. Merel Soons (UU). “Overexploitatie, intensieve landbouw, stedelijke ontwikkeling, invasieve soorten en vervuiling zijn de grootste killers van biodiversiteit. Eenzijdigheid maakt een ecosysteem minder veerkrachtig in veranderende omstandigheden. Zoals de klimaatopwarming”, aldus Soons. En juist die veerkracht is van levensbelang, voor planten, dieren… en voor ons.
Wat is biodiversiteit?
Biologen definiëren biodiversiteit als: alle variatie tussen levende organismen in terrestrische, mariene en zoetwater ecosystemen, inclusief de diversiteit binnen soorten, tussen soorten en tussen ecosystemen. Biodiversiteit is het product van 3,5 miljard jaar(!) evolutie. Het leverde zo'n 8,7 miljoen soorten op, waarvan wetenschappers er nu 1,6 miljoen beschreven hebben. Bij variatie moet je denken aan genetische diversiteit binnen soorten en tussen soorten. Een grote biodiversiteit stabiliseert een ecosysteem. Er geldt niet alleen: hoe meer soorten, hoe stabieler een ecosysteem. Maar ook: hoe meer functiegroepen - sommige planten of dieren kunnen eenzelfde functie hebben - hoe stabieler een ecosysteem.
Plantenbakken-experimenten
Soons heeft het graag over planten. Ze heeft zelf een bijzonder groot en uniek experiment opgezet, genaamd BioCLIVE. Het bestaat uit 352 plantenbakken waarin 2, 4, 8 of 12 soorten in allerlei combinaties staan. De afgelopen drie jaar hebben de planten kunnen aarden en groeien in de bakken. Komende tien tot vijftien jaar gaan de plantenbakken gesimuleerde periodes van droogte en overstroming voor hun kiezen krijgen. Dit zijn scenario’s die te vergelijken zijn met wat wij voor de kiezen gaan krijgen door de opwarming van de aarde. Kunstmatige klimaatverandering, als het ware. Binnenkort gaan de bakken in een soort 'Johan Cruijff Arena-kas' staan, waarvan het dak open en dicht kan. Voorheen stonden ze aan de elementen ontbloot, in de buitenlucht. Aangezien we de afgelopen drie zomers al te kampen hebben gehad met heftige droogtes, kunnen Soons en haar collega’s nu al zien dat de bakken met meer verschillende soorten planten het beter doen. Dat sluit aan bij uitkomsten van vergelijkbaar onderzoek, zoals het Cedar Creek Ecosystem Science Reserve in de VS en het Jena experiment in Duitsland.
Wat is een monocultuuur?
Veel planten van een en hetzelfde soort bij elkaar heet een monocultuur. De planten doen alles op dezelfde manier. Hun wortels reiken even diep, ze trekken dezelfde bestuivers aan en dezelfde grazers. In een diverse cultuur (verschillende plantensoorten in één veld) is dat niet het geval. Dat maakt het ecosysteem stabieler. Want als een grazer wegvalt, of een droogtegolf veroorzaakt dat op een bepaalde diepte wortels niet meer optimaal werken, dan kan het ecosysteem toch blijven bestaan. Asynchronie, het niet-synchroon lopen van populaties, betekent dat wanneer de ene plant een goed jaar heeft, de andere misschien een slecht jaar heeft. Ook daarvan wordt een ecosysteem stabieler. De mainstream landbouw in Nederland (maar ook in andere landen) houdt heel erg van monoculturen. Ons land staat vol met eenzijdige mais- en grasvelden. Dat vormt een groot probleem.
De schade die de landbouw aanricht
Het grootste verlies aan soorten gebeurt op plekken waar het dichtbevolkt is, in stedelijk gebied, en daar waar intensieve landbouw plaatsvindt. Nederland is dus zo ongeveer een van de slechtste plekken voor biodiversiteit die je kunt bedenken. De belangrijkste reden waarom soortenrijkdom afneemt is overexploitatie, zoals het kappen van bossen en het leegvissen van de oceanen. De tweede grote reden is landbouw: landbouwgebruik op plekken waar eerder natuur was, maar ook intensivering van de landbouw. Intensieve landbouw betekent namelijk meer monocultuur. Monocultuur levert in goede tijden een hoge opbrengst op en daarmee veel inkomsten. Maar doordat de biodiversiteit zo laag is, raakt de bodem sneller uitgeput en zijn de gewassen gevoeliger voor plantenziekten en plaagdieren. Daarnaast stoot intensieve agricultuur en veeteelt veel stikstof en nitraat uit. Al deze problemen zorgen ook weer voor vermindering van de biodiversiteit in omringende natuurgebieden en sloten, en vergroten het broeikas-effect. Het is een zichzelf versterkend proces.
De toekomst en klimaatverandering
Een grotere biodiversiteit zorgt voor veerkracht van ecosystemen. Ook wij leven in een groot ecosysteem, namelijk deze planeet. De populatie van levende dieren is 68% afgenomen sinds 1970. De fauna in zoetwater nam sindsdien zelfs met 84% af. Vanwege klimaatverandering worden er nog grotere verliezen in soortenrijkdom verwacht. Seizoenen gaan veranderen, in Noord-West Europa worden winters natter en zomers droger. Sommige soorten sterven daardoor uit, en andere passen hun gedrag aan. Je krijgt migratie van dieren en planten. Ze gaan op zoek naar een omgeving waarin ze wel kunnen leven, als die nog bestaat. Zo verliest de planeet haar veerkracht. Evolutie kan dat niet verhelpen. Klimaatverandering gaat voor de meeste plant- en diersoorten te snel om genetische verandering te laten ontstaan. Actief natuurherstel, zoals een deltaplan biodiversiteit, lijkt voor nu de enige goede optie. Zelf kun je je steentje bijdragen door je tuin anders in te richten en natuurlijk helpt een veganistisch of vegetarisch dieet. Hoe dan ook, de temperatuur stijgt en we zullen zien welke soorten dat overleven. Het klinkt nuchter en nihilistisch, maar vergeet niet dat in de miljarden jaren dat de aarde bestaat, onze soort, Homo sapiens, ‘pas’ zo'n 300.000 jaar geleden op het toneel verscheen. Ook wij kunnen door eigen toedoen weer verdwijnen. De wereld draait gewoon door.