Je staat in de supermarkt en wil graag een fles cola kopen. Bij het schap zie je dat je keuze genoeg hebt. Je wilde snel cola halen, maar nu moet je gedwongen kiezen tussen allerlei opties: huismerk, Coca Cola, Pepsi. Light, zero, life, max of cafeïnevrije. Grote flessen, kleine flessen, blikjes, sixpacks of fourpacks. De keuzestress overvalt je. En dit is nog maar één van de honderden beslissingen die je maakt op een dag.
We zien onszelf graag als autonoom, maar met zoveel keuzes is het moeilijk weloverwogen, rationele beslissingen te blijven maken. Hoe kan je omgaan deze enorme hoeveelheid keuzes zonder toe te geven aan de willekeur van je emoties, de markt of de overheid? Filosoof dr. Joel Anderson (UU) en dr. Will Tiemeijer (WRR) spraken tijdens het Filosofisch Café over keuzestress en autonomie.
Meer vrijheid, meer keuzes
De mogelijkheid om je autonoom te gedragen is de afgelopen vijftig jaar flink toegenomen. Als je kijkt naar de geschiedenis, dan maken we nu per dag tien keer zoveel beslissingen. Vroeger werd er voor je bepaald met wie je ging trouwen en als je vader bakker was, dan werd jij ook bakker. Je hoefde geen verantwoordelijkheid te nemen voor deze beslissingen. Nu is dat anders. Als je kiest voor een studie die je toch niet bevalt, dan kan je dit alleen jezelf kwalijk nemen. Je kiest er zelf voor. Deze vrijheid heeft ook zijn schaduwkanten. Door het toegenomen aantal keuzes is de kans dat je spijt krijgt groter. Het vergt meer van je om de goede keuze te maken.
Autonomie skills
Anderson noemt de kloof tussen de manier waarop we vaak kiezen en de manier waarop we zouden moeten kiezen een autonomiekloof. Anderson: “Om een juiste keuze te maken moet je beschikken over bepaalde autonomie skills.”Hij noemt er vier. Allereerst moet je goed kunnen omgaan met verleidingen. Bijvoorbeeld bij thuiswerken. Het lijkt een nieuwe, efficiënte manier van werken, waarbij je als werknemer meer vrijheid hebt. Maar kan je omgaan met de afleiding thuis? Toch nog even in bed blijven liggen of op Facebook surfen. Efficiënt thuis werken vergt zelfcontrole en niet toegeven aan verleidingen.
Ten tweede noemt hij een kritische blik als autonomie skill. Stel dat je een auto gaat huren voor je vakantie in Rome. Op internet heb je honderden keuzes en elke website verkoopt zichzelf als 'de beste keus'. Met een kritische blik huur je een auto voor de juiste prijs, zonder dat je achteraf allerlei bijkomende kosten hebt. Maar een kritische houding vereist kennis, en je kan je afvragen of we in een steeds complexere wereld overal voldoende verstand van hebben om kritisch te kunnen zijn.
De derde skillis mental time travel, de vaardigheid de lange termijn mee te nemen in je overwegingen. Je moet kunnen bedenken hoeveel geld je wilt sparen voor bijvoorbeeld je pensioen. Mensen hebben hier moeite mee. Winnaars van de Staatsloterij krijgen niet voor niets financiële en psychologische begeleiding. Op deze manier proberen ze mensen te stimuleren om te denken aan de lange termijn in plaats van gelijk al het geld over de balk te gooien door een nieuwe auto aan te schaffen en te verhuizen naar Wassenaar.
Als laatste punt noemt Anderson zelfkennis. Een goede keuze is een keuze die je eigen belangen op een goede manier behartigt. Weten wat je belangrijk vindt, waar je waarde aan hecht, wat je sterke en zwakke kanten zijn, helpt hierbij. Autonomie vereist zelfkennis om überhaupt een beslissing te maken die bij je past.
Terug naar een paternalistische staat?
Mensen schieten vaak tekort als het gaat om zelfcontrole, een kritische blik, langetermijndenken en zelfkennis. Hoe zorgen we ervoor dat we de kloof dichten tussen de complexe keuzes en de autonomie skillsdie we nodig hebben om een juiste keus te maken? We kunnen de keuze uit handen geven. Terug naar een conservatieve paternalistische staat, waarin de regering voor ons de beslissingen neemt.
Maar Tiemeijer heeft een andere oplossing: “Het reduceren van de keuzevrijheid is niet waar we naar moeten streven, maar we kunnen wel de goede keuze makkelijker maken door middel van een nudge. Zo kies je in de supermarkt sneller producten die op ooghoogte liggen en kan je een nudgegeven 'gezonde' producten door deze in schappen te leggen op ooghoogte. Een duwtje in de goede richting. Een ander voorbeeld is het pensioenstelsel in de Verenigde Staten. Vroeger moest je altijd zelf aangeven als je pensioen wilde sparen, maar veel werkgevers hebben het nu omgedraaid: je spaart automatisch voor je pensioen, tenzij je anders aangeeft. Het gevolg is dat er veel meer mensen sparen.
Anderson denkt dat je door nudgingmensen niet in hun kracht zet, maar speelt met hun onbewuste keuzeproces. Hij heeft een andere oplossing: “Investeren in de autonomie skillsis een goede manier om de autonomiekloof te dichten. Op deze manier investeer je in mensen en léér je ze goed beslissen. Je leert de skills door te doen.” Tiemeijer benadrukt dat dit een mooi streven is, maar dat in de praktijk voorlichting, coaching en training vaak weinig effect hebben en erg kostbaar is.
Hoe autonoom zijn wij eigenlijk?
Beiden zijn het erover eens dat de overheid er van uitgaat dat mensen de skillsbezitten om zich autonoom te gedragen en de juiste keuze kunnen maken. Het beleid is nu veel meer gericht op de autonomie van het individu dan vroeger. Je wordt sneller gestraft als je een verkeerde keuze maakt. Denk bijvoorbeeld aan het kiezen van de verkeerde studie en de hoge kosten die hieraan verbonden zijn.
Hoe moet de overheid omgaan met de toenemende keuzes die individuen moeten maken? We worden op dit moment ook al genudged door allerlei bedrijven en reclames. Is het niet fijn als de overheid in plaats van de markt de juiste keuze makkelijker maakt en op zo'n manier de keuzestress vermindert? Of toch investeren in het aanleren van de autonomie skills? Het geeft misschien vrijheid om veel keuzes te hebben, maar je moet wel leren om met deze hoeveelheid keuzes om te gaan.
Op dinsdag 14 april spreekt prof. dr. Désirée Verweij (Militaire Ethiek, Min. van Defensie) over militaire en morele deugden. Heeft ethiek een rol op het slagveld?