Wetenschap in de media

Is ketchup goed tegen hart- en vaatziekten? Zijn hiphoppers crimineler dan gemiddeld?
Leestijd 3 minuten — Vr 1 maart 2013
Op 't randje

Deze uitkomsten van wetenschappelijk onderzoek zijn voorbeelden van slechte wetenschap, gepresenteerd als waarheid in de media. Wie is hier de schuldige, de pers of de wetenschapper? Hoewel het beeld van allesverdraaiende media heerst, ligt er een grote schuld bij wetenschappers van tegenwoordig, aldus wetenschapsjournalist Hans van Maanen. In de vierde lezing van de lezingenreeks Op 't randje bespreekt hij de verhouding tussen media en de wetenschap en hun beider verantwoordelijkheden in presentatie van wetenschap.

Als wetenschapsjournalist controleert Hans van Maanen wetenschappelijke onderzoeken en stelt kritische vragen bij de uitkomsten. Hij stuit regelmatig op onzorgvuldigheden of simpelweg onjuistheden in onderzoeken. Onsignificante correlaties worden als significant gepresenteerd in de abstracts en conclusies worden overhaast getrokken en gegeneraliseerd. Neem bijvoorbeeld het onlangs gepubliceerde onderzoek waaruit zou blijken dat ketchup beschermt tegen hart- en vaatziekten. Dit onderzoek is uitgevoerd door in vitro bloed te vergelijken in een populatie van enkel zes mannen. De uitkomst was wat betreft bloedwaarden relevant voor hart- en vaatziekten positiever bij de ketchupetende mannen en dus werd de overhaaste conclusie de wereld in geholpen. Onwaarheden in de kranten zijn dus niet alleen het gevolg van sensatiezoekende pers, maar zeker ook van wetenschappers. Van Maanen noemde nog enkele van dit soort voorbeelden en hamerde op de verantwoordelijkheid van de wetenschappers. De presentatie van onjuiste wetenschap is echt over het randje.

Misschien is het een gevolg van overhaaste publicaties, veroorzaakt door een ongezond wetenschapsmilieu met elkaar tegensprekende publicaties. Als iedereen maar lang genoeg onzorgvuldig onderzoek doet en uitkomsten 'vindt' die hem of haar uitkomen, is uiteindelijk alles te onderbouwen. In databases als PubMed is over een onderwerp als de voedselindustrie voor veel meningen een gelijk te halen. Voedingsmiddelen en -stoffen zijn in verschillende onderzoeken met verschillende etiketten bestempeld. Het ene moment is wijn wel goed voor je en het andere moment niet. En hoe zit het met eieren? Als gevolg hiervan worden alle adviezen maar in de wind geslagen wordt. Logisch, want de duidelijkheid en daarmee het vertrouwen verdwijnt met de toename van alle contradicties. Degene die gelijk heeft, staat er ook tussen, maar waar?

Van Maanen geeft enkele van zijn eigen gedachten weer over hoe hij denkt dat het beter kan. Allereerst vindt hij dat het onderscheid tussen wetenschap en pers helder moet blijven. Het is aantasting van de wetenschap om de pers te willen halen met populaire onderzoeken waarvan de relevantie ver te zoeken is. Goede wetenschap sneeuwt onder door dit soort slechte wetenschap. En de grote schaal waarop er onjuiste wetenschap wordt gevoerd, maakt aanpak moeilijk, veel moeilijker dan bij een groot afgebakend schandaal als van bijvoorbeeld Diederik Stapel.

De wetenschap heeft ook baat bij goede pers. Deze laatste moet wetenschappelijke uitkomsten voor het publiek vertalen. Wetenschappers zouden enkel juiste, absolute uitkomsten moeten presenteren en daarnaast het werk van de pers moeten controleren. Het is nu nog te vaak het geval dat cijfers in tabellen van onderzoeken simpelweg niet kloppen. Hoe kan iemand van de pers, die niet de inhoudsdeskundige is, hier dan uit wijs worden? Hoe is dit dan nog wetenschappelijk? Wat als de man van de pers zelf verkeerde conclusies trekt? Zowel de pers als de wetenschappers moeten hun verantwoordelijkheid nemen en een zo juist mogelijke waarheid presenteren.

Kijk de gehele lezing van wetenschapsjournalist Hans van Maanen terug. Volgende week zelfde tijd, zelfde plaats zal prof. dr. José van Dijck (Vergelijkende Mediastudies, UvA) spreken over de invloed van sociale media op de beoefening van wetenschap. Wees ook daar weer van harte welkom.