Het eten hoefde niet meer bereid te worden, werken was niet nodig en men kon de hele dag luieren. In de Middeleeuwen, een tijd van hongersnoden en andere ontberingen, was overvloedig eten een toekomstdroom. Tegenwoordig is dit sprookje de werkelijkheid: voorverpakte producten liggen altijd voor het grijpen en overmatige fysieke inspanning hoeven we er niet meer voor te leveren. Volgens prof. dr. Jaap Seidell (Voeding en Gezondheid, VU) is dat de reden waarom overgewicht en obesitas wereldwijd zo'n groot probleem is. Maar hoe gaan we dit tegen? Adviezen op het gebied van voeding en gezondheid zijn voor consumenten vaak verwarrend. Wat kunnen we zelf doen? En welke verantwoordelijkheid heeft de overheid?
Te veel, te lekker en te goedkoop
In de periode dat de mens op aarde rondloopt is aan het genenpakket weinig veranderd, maar in onze omgeving zijn er wel veel ingrijpende veranderingen geweest. Waar we vroeger voor ons eten moesten jagen en verzamelen, vertrouwen we nu op de frisdrankautomaten, snackbars en andere eetgelegenheden op de hoek van elke straat. Ons eten is goedkoop, komt standaard in grote porties, heeft een goede smaak en er is veel van beschikbaar. Veel ongezonde producten zijn gesubsidieerd, zoals fastfood, vlees en suiker. Zo kan het dat een Big Mac veel goedkoper is dan een salade. En dan zijn er ook nog de onvermijdbare reclames voor snoep, snacks en frisdranken. Kortom, eigenlijk is onze maatschappij ingericht om dik te worden. Dat is een normale reactie op een abnormale omgeving. Dit is niet alleen in rijke Westerse landen het geval, maar ook in arme en opkomende landen zoals India, China en Mexico. Obesitas is allang geen welvaartsziekte meer.
Goede keuzes maken en gedrag veranderen is lastig
Overgewicht is sterk gerelateerd aan cardiovasculaire ziekten, diabetes type II en kanker. De gezondheidsschade door te veel eten of drinken is dan ook enorm, wat weer veel zorgkosten met zich mee brengt. Dat er iets moet gebeuren staat vast. Op individueel niveau moeten mensen zelf goede keuzes maken. Dat is lastig, de verleiding is immers groot als je voor de schappen staat om een chocoladereep te pakken in plaats van een appel. We hebben nu eenmaal een voorkeur voor zoet en vet eten. Uit onderzoek is gebleken dat zelfs apen in tijden van stress de neiging hebben te overeten. Dit verklaart misschien waarom het hebben van een lage sociale economische status de kans op overgewicht vergroot. Diëten, afvalprogramma's vanuit ziekenhuizen en het verbieden of belasten van bepaalde producten heeft volgens Seidell weinig zin. Simpele ingrepen in de omgeving kunnen wel veel effect hebben blijkt uit regionale projecten die hij doet in bijvoorbeeld Amsterdam-West en Overvecht. Seidell zet zich in voor de verkoop van water in frisdrankautomaten, het aantrekkelijk maken van het nemen van de trap (zie bijv. het filmpje van de pianotrap), een parkeerverbod voor scholen en voorlichtende supermarktrondleidingen.
Ieder pondje gaat door het mondje
Voedingsadviezen zijn overigens volgens Seidell niet zo tegenstrijdig als ze soms lijken. Hij geeft het voorbeeld van vette vis, die is rijk aan omega-3-vetzuren. Dat is gezond, maar als die vis heeft gezwommen in vervuild water kunnen er giftige stoffen in zitten. Het is altijd een balans van gunstige en ongunstige effecten van alle nutriënten die samen het voedingsmiddel vormen. Er is ook niet zoveel veranderd in de adviezen sinds de jaren 70 van de vorige eeuw, de schijf van vijf bestaat bijvoorbeeld nog steeds. Stiekem weten veel mensen ook wel wat gezond is en dat dik worden een rekensom is. Gaan er meer calorieën in dan dat je verbruikt, dan kom je aan. En bepaalde stofjes in chocolade en rode wijn kunnen gunstige gezondheidseffecten hebben, maar dat betekent niet dat je elke dag een reep moet eten en fles kunt drinken. Ongeacht de biologisch aangelegde voorkeuren en wetenschappelijke inzichten, houdt het aloude advies 'beweeg voldoende en eet (drink) met mate' gewoon stand.
De lezing kijk je hier in het geheel terug. Volgende week zal consumptiesocioloog dr. Hans Dagevos het hebben over veranderingen in eetgedrag en voedingsstijlen. Is de McDonaldisering van onze eetcultuur een reflectie van de samenleving? En welke invloed hebben wij als consument op aanbod in de schappen?