Wetenschap in Hollywood: over de zin en onzin van wetenschap in films.
In films gebeuren dingen die in het echt niet kunnen, daar zijn het films voor. Op het grote witte doek wordt alles uitvergroot en overdreven: auto's vallen in een ravijn vallen en exploderen spontaan, bommen worden ontmanteld door wat draden los te trekken en doorgedraaide professors creëren monsters in hun lab of doen het dinosauriërtijdperk herleven. Innovatieve technische snufjes en wetenschappelijke experimenten zijn vaak onderdeel van films en soms zelfs het uitgangspunt. Het genre heet echter niet voor niks science fiction: de hersenspinsels van scriptschrijvers zijn voornamelijk fictie. Soms zitten er behoorlijke wetenschapsblunders in films: ruimteschepen die geluid maken als ze voorbijrazen, zoals de TIE fighters in de Star Wars films. Dit is onmogelijk aangezien geluid een golf is die een medium nodig heeft om zich te verplaatsen. In de ruimte zijn er geen moleculen en dus er kan geen geluid zijn.
Met gentherapie je uiterlijk veranderen
Een terugkerend onderwerp in films is DNA. Het idee dat onze eigenschappen vastliggen in het genoom blijft fascineren. Zo ondergaat de slechterik in de James Bond-film Die Another Day (2002) een gentherapie die DNA vervangt en zo zijn uiterlijk verandert. Een typische geval van 'de klok hebben horen luiden, maar niet weten waar de klepel hangt', want op zo verregaande wijze je DNA vervangen kan niet. Het zit immers in al je cellen en maakt wie je bent. Gentherapie bestaat wel: het toevoegen, verwijderen of vervangen van bepaalde genen om ziektes te genezen gebeurt al geruime tijd in laboratoria. Het is wel wat gecompliceerder dan wat je ziet in films; het vergt vaak ingenieuze technieken zoals het gebruik van virussen of plasmiden die de genen in het genoom moeten inbouwen. Je kunt niet simpelweg niet-eigen DNA in je bloed spuiten en wachten tot er willekeurige mutaties optreden. In 2010 organiseerde Studium Generale het Xtrack-symposium Ingenious medicin, over de mogelijkheden en beperkingen van gentherapie. Sommige sprekers, zoals prof. Thierry VandenDriessche, waren enthousiast over op maat gemaakte behandelingen. Anderen zagen juist beperkingen omdat van veel ziektes de genetische oorzaak nog niet bekend is, zoals bijvoorbeeld dr. James Le Fanu. De lezingen van de verschillende sprekers zijn allemaal online terug te kijken.
Discriminatie op basis van je DNA
Toch zijn er gelukkig films te noemen die positieve beoordeeld worden door filmrecensenten, maar ook door wetenschappers. Eén voorbeeld is Gattaca (1997). Het verhaal speelt zich af in de niet zo verre toekomst en schetst een zeer plausibel beeld van een samenleving gebaseerd op genetische vooroordelen. De hoofdpersoon is Vincent, hij is een 'in-Valid', oftewel een op natuurlijke wijze verwekte persoon, en hij heeft (daardoor) een hoorstoornis en hartdefect. Aangezien hij gediscrimineerd wordt vanwege zijn genetische achtergrond, mag hij alleen onderschikt en dienend werk doen. Hij wil graag astronaut worden en om zijn droom te verwezenlijken koopt hij een door een gehandicapt geraakte 'Valid' om. Met zijn urine of bloed kan Vincent belangrijke tests doorstaan. De 'valids' zijn geselecteerd op basis van pre-implantatie genetische diagnostiek (PGD), om er zeker van te zijn dat zij de beste erfelijke eigenschappen hebben. Deze liberale eugenetische (rasverbeterende) maatschappij ligt veel minder ver van de werkelijkheid dan je misschien denkt. PGD is gebruikelijk bij het selecteren van embryo's voor ivf-behandelingen, plus een voorstel voor het gebruik van biometrische ID-kaarten (zoals in de film) ligt al klaar in bijvoorbeeld Groot-Brittannië. Ook de Nederlandse overheid wilde biometrische technieken gaan gebruiken voor het nieuwe paspoort, maar vanwege de onzekerheid over de veiligheid en betrouwbaarheid ligt de implementatie stil.
Bepalen je genen wie je bent?
Gattaca geeft een kritische blik op de voortplantingstechnieken die de eugenetica faciliteert en de mogelijke gevolgen van zulke technologische ontwikkelingen op de maatschappij. Bovendien stelt de film genetisch determinisme aan de kaak: in hoeverre worden wij gestuurd door onze genen? Vincent, hoewel genetisch ondergeschikt, is vaak superieur aan 'Valids' in competitieverband, door zijn wil om te winnen en zijn doorzettingsvermogen. Het doet de vraag rijzen of genetische testen wel kunnen voorspellen hoe iemand zal presteren in de toekomst. Treffend verwoord door Vincent als hij zegt: 'there is no gene for fate'en de reclameslogan van het bedrijf Gattaca: 'unfortunately there is no gene for the human spirit'. De invloed van onze genen op wie wij zijn, hoe we ons gedragen en zelfs hoe we ons voelen blijft iedereen bezig houden. Zo stelde prof. dr. Paul Schnabel tijdens zijn lunchlezing dat genen voor 50% ons geluk bepalen. Ook kan DNA de aanleg voor dik worden en een voorliefde voor vet eten (deels) beïnvloeden, zoals bleek uit het Xtrack-symposium over epigenetica, Beyond the genome.
Gattaca weerspiegelt ook hoe een deel van het publiek de genetica ziet: als een kwade wetenschap die doordringt in onze maatschappij en onderdrukkende technologieën kan voortbrengen. In zijn recensie voor vaktijdschrift Nature Genetics stelt moleculair bioloog Lee M. Silver dan ook dat alle genetici deze film zouden moeten zien om de terughoudendheid van leken ten aanzien van het vakgebied te begrijpen. Frappant detail: een deel van de marketingcampagne voor de film bestond uit advertenties die mensen opriepen te bellen om hun kinderen genetisch te modificeren – er waren duizenden respondenten, dus er is wel degelijk een markt voor.
Lees de andere blogs uit deze serie:
> DNA en epigenetica in Gattaca (24-03-2012)
> The Matrix (02-04-2012)
> Aliens (10-04-2012)
> Kunstmatige Intelligentie (23-04-2012)
> The Day After Tomorrow (10-05-2012)
> Contagion (11-06-2012)
> Minority Report (18-06-2012)
> Repo Men (27-06-2012)
> Prometheus (09-07-2012)
> The Machinist (30-07-2012)
> Armageddon (13-08-2012)
> The Hulk (05-09-2012)