Minder, minder, minder

Word vegetariër en ga fietsen!
Leestijd 3 minuten — Do 24 april 2014
Klimaatverandering

“Ik ben noch optimistisch, noch pessimistisch, maar realistisch. We kunnen iets doen aan de opwarming van de aarde, maar dat vergt een heroïsch morele houding.” Met die woorden opende prof. dr. mr. Herman Philipse zijn betoog in de laatste lezing in de serie 'Klimaatverandering'. Waar bestaat die heroïsch morele houding uit? Wat moeten we doen om de opwarming van de aarde tegen te gaan, om zo versnelde klimaatveranderingen te voorkomen?

Uitstoot verminderen

In de eerste lezing liet Herman Philipse al zien wat ons te wachten staat. Wanneer de aarde een paar graden opwarmt, zal het klimaat op een voor de mensheid ingrijpende wijze veranderen. Vervolgens liet hij zien dat het klimaatprobleem een moreel probleem is, dat omgeven is met allerlei moeilijkheden over hoe te handelen. Maar wat kunnen en moeten we doen wanneer we besluiten de opwarming van de aarde te vertragen? Philipse stelt dat we allereerst een duidelijke doelstelling moeten formuleren. 'De temperatuur niet verder laten stijgen dan 2 graden Celsius' is dat niet. De manier waarop dat zou moeten gebeuren is namelijk zo niet duidelijk. Een duidelijker alternatief is om de CO2 concentratie in de lucht voor 2050 te beperken tot vijfhonderd deeltjes per miljoen delen. Wanneer we die doelstelling willen bereiken zouden we onze mondiale CO2 uitstoot met vijftig procent moeten reduceren ten opzichte van het niveau van 1990. Ter illustratie: op dit moment stoten we zestig procent meer CO2 uit vergeleken met dat jaar. Ieder persoon op aarde zou dan twee ton CO2 per jaar mogen uitstoten.

Maar wat betekent dat nu voor ons Nederlanders? Per jaar gooien wij gemiddeld per persoon tien ton CO2 de lucht in. Iedere Nederlander zou zijn uitstoot dus moeten beperken met tachtig procent. Hoe? Niet meer vliegen; niet meer auto rijden; en vooral geen vlees meer eten. Dat zijn flinke opofferingen. Toch hoeven we misschien niet alles te laten. We zouden afspraken kunnen maken met andere landen die welwillend zijn hun uitstoot onder de twee ton per persoon te willen houden, zodat wij meer kunnen uitstoten. Maar hoe krijg je dat voor elkaar?

Vraag en aanbod

Philipse benoemt drie mogelijkheden waarop de uitstoot van CO2 beperkt zou kunnen worden: uitstoot belasten, emissiehandel en regulering. Belasting op CO2 kent enkele voordelen: de instituties, bijvoorbeeld de Nederlandse overheid, bestaan al. Ook ontstaat er zo inkomen voor die overheid, dat kan bijvoorbeeld gebruikt worden om de uitstoot van CO2 nog verder tegen te gaan. Nadelen zijn er ook. Of individuen en bedrijven minder zullen uitstoten is hoogst onzeker. Daarnaast is het makkelijk oppositie bedrijven tegen dit soort weinig fraaie verkiezingsslogans. Op de vraag of je meer of minder belasting wilt betalen zal iedere Nederlander 'minder, minder, minder' roepen.

Emissiehandel kan een oplossing voor dit probleem zijn. Door de maximale uitstoot van CO2 binnen een land te limiteren en rechten om uit te stoten te verhandelen, geeft een grotere zekerheid over de beperking van CO2 deeltjes in de lucht. Daarbij komt dat arme landen hun rechten op uitstoot kunnen verkopen aan landen waar men meer wil uitstoten. Nadeel is dat je nieuwe instituties zult moeten oprichten om de handel in emissierechten te begeleiden. Ook dat kost weer geld en een hoop bureaucratie.

Of regulering dat oplost is maar de vraag. Het is een effectieve methode, maar hoe kun je dwingende afspraken maken waar ieder land zich ook aan zult houden. En wat doe je als landen zich niet aan die afspraken houden? Wie durft op te staan tegen landen als de Verenigde Staten, China of Rusland wanneer zij hun eigen gang gaan?

Realisme

Welke van de drie opties het best is, moet worden overgelaten aan de experts. Maar wat ze allen laten zien is de noodzaak tot internationale harmonisatie. Dat vraagt om een nieuw op te richten institutie. Herman Philipse oppert: "voeg het IMF en de Wereldbank samen en bouw een nieuw World Environment Organisation".Deze organisatie kan internationale afspraken over CO2 belastingen, emissiehandel en reguleringen coördineren en controleren. Of dat lukt is nog maar de vraag. Maar in navolging van Philipse moeten we misschien niet optimistisch of pessimistisch zijn maar vooral realistisch. We moeten het doen, omdat dit het enige antwoord is op de belangrijkste morele keuze waar we nu voor staan: het behoud van de mensheid in haar geheel.

De laatste lezing in de serie 'Klimaatverandering' van prof. dr. mr. Herman Philipse 'Wat moeten we doen?' is hier terug te zien. Klik hier om de drie eerdere lezingen van Philipse te bekijken.